Ik ben er weer ingetrapt. Je duikelt het nieuwe jaar en dat voelt toch – al doe ik heel hard mijn best daar niet aan toe te geven – als een nieuw begin, een schone lei, nieuwe mogelijkheden en (hopelijk) opwindende veranderingen. Onwillekeurig gaat m’n hart een slagje sneller slaan van opwinding. Tot ik er achter kom dat het leven precies eender is als een week geleden. Sterker nog, ik dacht de laatste dagen van het oude jaar dat ik alles netjes op orde en opgeruimd achterliet en dus inderdaad met die schone lei kon beginnen, maar al na een paar dagen blijkt dat niet het geval. Ik kan weer gewoon van voor af aan beginnen. Alles wat ik toen deed, moet ik nu weer doen. Alles wat opgeruimd was, is weer een puinhoop, alles wat schoon was, weer vuil. Ik verval in een herhaling van zetten en bezigheden, waarin niets is veranderd. En dat terwijl ik houd van vernieuwing, avontuur en verandering. Ik voel de aanvankelijke energie alweer wegsijpelen.
Gelukkig is er één ding dat, ondanks sleur en saaiheid, steeds fleur en kleur aan elke dag geeft: de natuur. Ongeacht welk deel van het jaar het is, de natuur is elke dag, elk uur weer anders, verrassend en nieuw. Daar geniet ik van en leef ik van op.